....

    Problemen ontstaan zelden door het wrijven van inhoud, veelal door wrijving van vorm. Het is vorm die een gevoel, een gedachte, een heersende inhoud onmogelijk kan maken. Het is de vorm die andere gevoelens, gedachten, tot dan toe onmogelijke inhoud mogelijk maakt.

    In het formalisme van twee personen wordt iets beslecht. Niet een verschillende inhoud, maar het verschil in twee stijlen, twee vormgevingen. De vorm is wat de inhoud bepaalt, bedreigt en vormgeeft. Inhoud is gedulde vorm. Wij spreken niet. De vorm spreekt en maakt de betekenis van iedere inhoud mogelijk.

    De vorm is bepalend voor het stromen van bestaande betekenissen. Bedenk: het vloeibare moet ergens in gevat worden. Of nu een plastieken zak, een glas water, een badkuip. Wijzig je de vorm, knijp je bijvoorbeeld in die plastieken zak water of valt het glas kapot, stromen die betekenissen tot andere inhouden. Inhoud moet ingedamd worden, moet structuur krijgen die vertrouwd is, moet tijd krijgen om de inhoud van de vorm, de symbiose die iedere zingeving ondergaat, te ontwikkelen.

    Betekenis moet zich zetten om tot inhoud te worden. Soms gaat de vorm te snel om inhoud te hebben. Soms zit de vorm al te lang aan het inhoudelijke, om nog te stromen.

    Evolutie in vormen en inhoud. Wat die vorm wordt – dat bepaalt de inhoud wel. Vorm doseert niet. Inhoud doseert. Inhoud creëert niet. Vorm creëert – of vernietigt. Vorm verantwoordt zichtzelf. Je kan daar inhoud voor aanwenden, maar vaak wordt inhoud misbruikt om een wijziging in vorm te rechtvaardigen of te veroordelen. Inhoud wordt niet gebruikt voor de vorm. Inhoud is het resultaat van de vorm.

    Vorm verstoort. Vorm overrompelt. Vorm bevleugelt en vertrappelt. Vorm is niet negatief. Enkel inhouden zijn dat. Vorm is niet positief. Enkel inhouden zijn dat. Vorm is stichtend. Vormen zijn nodig en noodzakelijk om het bewegende, prachtige spel van inhoud te doen ontstaan.