....

    De twijfel omdat anderen twijfelen. De twijfel omdat je twijfelt of de ander twijfelt. Die twijfel niet eens over jezelf! Hoe veel liever zou je gewoon – twijfelen. Zelfstandig twijfelen...

    Hoe niets alles beslaat. Hoe lang kan je nog het niets dragen? Tot het niets je vermorzelt en men je dan kan zeggen: zie je wel dat je benen te zwak waren. Zie je wel dat er niets was. Niemand had een idee van de zwaarte die je meedroeg. Kon je het toch maar zeggen, het niets uitspreken en al de dingen die niet waren. Kon je bezweren wat niet was, hoeveel eenvoudiger zou alles zijn. Alles zonder niets. Maar het niets beslaat alles en weegt op onze benen.

    Terwijl het niet, nooit zo was. Maar doordat je oprechtheid bot ving eens ophield met te bestaan, zal de ander kunnen zeggen: ik heb altijd al gezegd dat er niets was.