....

    De dingen die nooit waren.

    We zijn niet naar de laatavondfilm geweest. We hebben beleefde obers geen fooien kunnen geven. Niet uit elkaars bord gegeten. Niet samen uit de fles gedronken. Niet gedanst tot de lichten aangingen. Elkaar niet ondersteund bij het naar huis wandelen. Niet doorgezakt in de cafés. Niet eens samen naar een optreden gegaan. Geen musea bezocht. Van elkaar niets bijgeleerd. Elkaar misschien niets bijgebracht. Elkaar niet beleefd.

    We verschenen aan elkaar zonder wereld. Wij kwamen wel in de wereld voor – maar de wereld niet in ons. We hebben geen markten bezocht. Niet samen gelachen om dingen die spontaan en buiten ons gebeuren. Niet gewezen in de lucht of naar stiekem leven achter het venster op het tweede verdieping. Geen roos van lachende rozenverkopers afgekocht. Geen vreemden op de schouders geklopt. Onbekend niet getrakteerd. Niet betekenisvol in elkaars ogen gekeken. Niet op de tafels gedanst. Niet naar Italië geweest. Niet in de bergen gewandeld. Geen wilde bloemen in jouw haar. Niet aan de kreken uitgerust. Geen schrammen op je schouders. Niet op een bootje rondgedobberd. Geen warme steden bezocht. Geen late avondmalen genoten terwijl de spreeuwen in de steegjes duiken. Niet bij het vallen van het donker Old Fashionneds besteld. Geen nachtelijke sigaret in het buitenland. Niet bij het naar het hotel wandelen even voor de sterrenhemel aangehouden. 's Anderendaags geen muggenbeten door de geopende balkonramen van ons palazzo. Geen lange, nachtelijke terugrit gedeeld.

    Zoveel worden ontnomen, dat niet eens was… Kennen wij elkaar wel, als we elkaar niet kunnen leren kennen? En op basis van wat trekken we dan onze besluiten? Omwille van de andere, die niet voldeed, omdat je die niet ultiem kon leren kennen, of op basis van het worden, dat ontbrak, en daarom geen nauwkeurig toekomstbeeld bevatte?