....

    Bloemen als de traagste fonteinen. Bloemen zijn fysiek geworden licht. Bloemen als een zich buigende vrede. Bloemen als een opwippende glimlach. Bloemen zonder angel. Bloemen zonder gif.

    Bloemen zijn de dieren – nog zonder adem. Bloemen zijn de wolken – zonder de zee en rivieren in zich. Bloemen zijn de torens nog alvorens de mensen ze bouwen. Bloemen zijn de dromen nog voordat we ze hebben. Bloemen zijn boodschappen die niemand deelt. Bloemen zijn geschenken die iedereen ontvangt. Bloemen zijn de ogen van de natuur. Ivan Pasha wuifde soms naar de bloemen en groette hen dan in een dankbare buiging.

       Uit: Gefluisterd worden (roman in ontwikkeling).